‘Er lijkt een verband te bestaan tussen overgewicht en het beloop van Corona’.
Mij hadden ze. Sinds begin maart heb ik elke dag 10.000 stappen op de teller. Stad en land, duin en strand. Tijdens de eerste lockdown kwam je nauwelijks een mens tegen. Verlaten straten. Een enkeling die schuw de overkant van de straat opzocht.
Ik leerde snel wandelafspraken te maken. Met vrienden, met cliënten. Wandelen maakt gesprekken beter.
Hoe anders is dat nu. We herkennen elkaar. We doen hetzelfde. Er zit een bepaalde mate van onopzettelijkheid in de gang van ons, Coronawandelaars. We lopen anders dan voorbijgangers. Slaan ineens een hoek om die we niet van plan waren. Waarom niet? We zijn op weg van niks naar nergens. We zijn niet efficiënt…
Wandelen is een hype. Naast verdrijven van verveling, heeft het meer interessante voordelen. Je kunt je gedachten de vrije loop laten en als je dat niet doet, doen je gedachten het voor jou. Elke gedachte kan de moeite van het volgen waard zijn.
Hoeveel gedachten spelen zich af in de hoofden van al die wandelende mensen?
Wandelend geef je je over aan vergezichten, mooie luchten, landschappen of boomgroepen. Je beleeft de natuur of de stad met een intensiteit die je lang niet gekend hebt.
Wandelen helpt de tegenvallers die bij deze moeilijke tijd horen, in proportie te zetten.
Wandelen is de ‘The secret ball’ van het burgerverzet tegen Corona. Niet zozeer tegen de overheid maar direct tegen het virus. De enige ontmoetingsplek die ons rest. Buiten. ‘Mij, of ons zal het virus niet hebben’. Soms, later op de avond, is het bijna druk op straat. De Coronatocht zwelt aan.
De mooie gesprekken uit Coronatijd zijn onvergetelijk, de nieuwe inzichten dierbaar en troostend. Telefoneren doe ik nu liefst lopend. Oortje in.
Dr. Gommers voorziet een zwart scenario. Dat klinkt niet goed. Het enige dat ik kan doen is blijven lopen en hopen.
En die hond? Die hond heb ik niet nodig om te lopen.
Ik wens jullie allen een mooie afsluiting van een indrukwekkend jaar en een zalig 2021.